12 Februari 2005

Autoplay

Er waren mensen op bezoek hier, en ze kwamen aan terwijl ik nog onder de douche stond.

In one single moment, your whole life can turn 'round

Het was vijf uur 's middags, er was een klein kindje bij, een meisje. De kamer was vol.

Dry your eyes mate

Gisteren heb ik mijn schaakprogramma op 'autoplay' gezet, en tien potjes lang alleen maar gekeken.

I know it's hard to take but her mind has been made up

Gisteren aten we forel. We hebben het over wangetjes gehad. Je kunt gesprekken sturen.

There's plenty more fish in the sea

Daarna mama gebeld om te vragen hoe het gaat, en verteld wat ik had
gegeten. Ze is alleen. 'Bel morgen maar weer. Met mij gaat het best.'
Dat is niet waar.

Dry your eyes mate

Ik heb geen kutleven. Het gaat allang niet meer om dingen die ik niet in de hand heb.
— 'Dat ik niet begrijp waarom je er soms niet bent, dat ik soms niet begrijp waarom je er niet bent. Dag verre vrouw.'
— 'Dat je vermogen om afstand te scheppen groot en opvallend is, wat is het doel. Dag vreemde vrouw.'
— 'Dat ik ervoor moet waken dat ik dat wat mij vroeger met vrouwen is
overkomen, niet aanwend om jou te doorgronden; dag andere vrouw.'

I know you want to make her see how much this pain hurts

'Hier in Leersum schijnt de zon,' schrijft George
vanmiddag op mijn telefoon, voordat de mensen kwamen. (Ik kom uit
Leersum.) 'Mooi is dat. De Donderberg heeft een helling van zeker 10
procent. Dat weet ik zeker.' Ik ook. Ik heb erover gedroomd, en mijn
vader ligt er begraven.

But you’ve got to walk away now

En ik kom er ook te liggen, schrijf ik terug. Ik had George willen
zeggen dat ik heb gedroomd over de plek waar hij vanmiddag was.
"Ellingmann en twee of drie jongens die jonger zijn, lopen over een
smalle asfaltweg die omhoogloopt en leidt langs het kerkhof. De weg,
waarop her en der verspreid stukjes glas liggen, is omzoomd met bomen.
Een van de jongens schiet met pijl en boog, een ander heeft een skelter
waarop hij af en toe rijdt. Ellingmann houdt hen scherp in de gaten.
Er ligt een man op de weg. Hij is dood en heeft een rood overhemd aan.
Zij lopen over hem heen zoals je over een dode tak heenloopt. Ze praten
nauwelijks over de dode man: 'Kijk wat daar ligt.' Ellingmann voelt
zijn buik met zijn voeten en meer niet.
Verderop ligt een dood kind in de berm. Het heeft een blauw truitje
aan, hemelsblauw. Het is even oud als de jongens met wie Ellingmann is,
een jaar of tien, elf misschien, en daarom verontrust deze dode hem
meer dan de man met het rode overhemd.
Het wordt nu überhaupt roder en bruiner om Ellingmann heen
(herfstbladeren, verschroeid gras, bakstenen muurtjes) en het verbaast
hem dan ook niet dat hij even later wordt aangesproken door agenten van
politie die in jeeps op hen af zijn komen rijden.
De jongens met wie Ellingmann was, ziet hij wegrijden in een grote
Amerikaanse auto — vertrouwen deed hij hen toch al niet — en hij blijft
achter bij de agenten. Hij legt hun uit dat hij met de dood van de man
met het rode overhemd en het kind met het blauwe truitje — dat is hij
immers zelf! — niet meer te maken heeft dan een ander die over de weg
heeft gelopen."

It's over
And I'm just standin' there, I can't say a word
'Cause everythin's just gone
I've got nothin'
Absolutely nothin'

Lente, binnenkort! Terrasjes, plannen. Rue Caulaincourt, Parijs.